Waarom laat God de islam hier opkomen?

Ds. J.M. Haak, predikant van de Gereformeerde Kerk vrijgemaakt te Rotterdam-Delfshaven.

Met toestemming overgenomen van zijn weblog

De aanslag op het satirische tijdschrift Charlie Hebdo zet de westerse samenleving opnieuw in vuur en vlam. Mensen gaan overal de straat op om te protesteren en op te komen voor een van de grootste rechten van onze samenleving; de vrijheid van meningsuiting. Het is goed dat dat gebeurt. En laten we bidden voor de nabestaanden, voor vrede en recht in de maatschappij.

Voor een christen is er meer dan de discussie over vrijheidsrechten en democratie. Het is van belang dat christenen zich niet laten framen in dat debat. Ik bedoel dan de vraag of en wat we hierin van God zien. Sommige christenen zien in de aanslag het verschil tussen de islam en het christendom. Zij wijzen op het grote verschil tussen Jezus en Mohammed. Jezus liet zich vernederen en wilde geweldloos sterven. ‘Doe het zwaard weg’ zei Jezus tegen zijn volgelingen, vlak voor hij werd gedood. Mohammed liet volgens diezelfde christenen dichters die hem beledigden executeren. En dat werkt door tot op de aanslag van Parijs, zo lijkt de redenering van deze christenen te zijn (zie bijvoorbeeld het hoofdredactioneel commentaarNederlands Dagblad, 8 januari jl.).

Hier ligt een belangrijk punt. Allereerst is te zeggen dat ik de tegenstelling tussen christendom en islam hierin iets anders zou willen benaderen. De terreurdaad op Charlie Hebdo was blijkens de uitspraken van de daders een vergeldingsactie. Uiteraard niet van alle moslims; alleen de idee om hen over een kam te scheren is onzinnig. Maar in het doodschieten van ‘spotters’ is volgens de schutters de eer van de profeet Mohammed gewroken. Zo is het recht hersteld. Deze wraakactie laat in die zin inderdaad voelen hoe uniek het evangelie is. Alleen daarin wordt verteld dat uitgerekend God zelf in Jezus alle onrecht en schande droeg. Omdat de islam met zoveel woorden ontkent dat Jezus Gods zoon is en gekruisigd werd, blijft er in die godsdienst altijd ruimte voor eigenhandige, menselijke vergelding en menselijk recht.

Opkomst islam
En dan is het ook belangrijk om een volgende stap te zetten. We kunnen niet blijven staan bij de opmerking dat het unieke van het evangelie de geweldloze zelfovergave van Jezus is. We lopen dan het risico iets anders over het hoofd te zien. Iets dat minstens even belangrijk is. Want wat gebeurt er nu?

Terwijl het christendom bij ons in rap tempo marginaliseert, groeit de islam. En onze samenleving had God netjes achter de voordeur gekregen. Maar zij krijgt te maken met een religie die God God over alles wil laten zijn. En zelfs met extreme terroristen die God voor hun kar spannen en zo de samenleving willen ontwrichten. Ik geloof niet in een wraak-God die het zou vergelden als wij Hem tekort doen. Eenduidige antwoorden kun je ook niet geven. Tegelijk dringt zich wel de vraag op of God de komst van de islam gebruikt om ons iets duidelijk te maken.

Recht
En dan denk ik aan een kant van het evangelie die nauw verbonden is aan de geweldloze liefde van Jezus; Gods recht om door ieder en alles geprezen te worden. Gods recht om Hem allereerst te nemen zoals Hij is. Het zijn zomaar moslims die aan christenen laten voelen dat God zo is. Dat er met Hem niet te marchanderen of te spotten valt. Dat Hij volstrekt heilig is en het niet kan hebben dat ook maar iemand Hem de rug toekeert. Natuurlijk belijdt het christelijk geloof dit alles ook. Maar in onze cultuur die ons ik zo centraal stelt, staat deze geloofswerkelijkheid behoorlijk ver af van veel christenen.

Ik geef drie voorbeelden daarvan. In de eerste plaats kun je, voor wat onze cultuur betreft, denken aan de recente film Exodus. Gods and kings. Mozes wordt neergezet als iemand die echt veel moeite heeft met Gods oordelen over Egypte. Dat is een projectie van onze tijdgeest. Opvallend is dat het bijbelse verhaal laat zien dat Mozes ook leert mee te kijken met God. Op den duur wordt Mozes daarom ook woedend op de Farao omdat die zich tegen beter weten in blijft verzetten tegen God. Dat aspect komt in de film Exodus helemaal niet terug.
Het tweede voorbeeld betreft de moeite in onze cultuur, net zo goed onder christenen, met passages uit het Oude en Nieuwe Testament die over Gods oordeel spreken.

Een laatste voorbeeld is het buitengewoon populaire boekje Heaven is for real (Nederlands: De jongen die in de hemel was). De predikant Todd Burpo verwoordt in bijbelse taal de ervaring van zijn zoon die in de hemel is geweest en daar Jezus heeft ontmoet. Jezus is volgens dat boek een vriendelijke man met mooie ogen. Ik doe niet af aan de mogelijke echtheid van de ervaring van deze jongen. Wat opvalt is de suggestie van het boek dat Jezus dan ook zo is (punt). Met geen woord wordt er in dat boek gerept over de bijbelse, bijna-dood-ervaring van Saulus en Johannes toen zíj de opgestane en verheerlijkte Jezus zagen.

Hele Heer
De opkomende islam laat ons met dit cultuurgeloof niet wegkomen. Tegelijk voel je zo hoe uniek en compleet het evangelie is. De heílige God werd vernederd. De Barmhartige liet zich terroriseren. Gólgota is pure blasfemie. Jezus kan niet alleen met westerlingen zeggen: #jesuischarlie (ik ben Charlie). Jezus kan ook met gekrenkte moslims zeggen: #jesuisblasphème (ik ben blasfemie).

Nederlands Dagblad, vrijdag 9 januari 2015 onder de titel ‘Parijs leert ons iets over God’ (verkort gepubliceerd).