Heel het leven een offerfeest

Lezing Het Kruispunt, Rotterdam, woensdag 16 september 2015
Hans Burger

Volgende week, 23 september tot zaterdag 26 vieren Moslims wereldwijd het offerfeest. Dat feest wordt gevierd ter herinnering aan het offer dat Abraham / Ibrahiem wilde brengen: het offer van zijn zoon. Maar uiteindelijk hoefde hij dit offer niet te brengen: zijn zoon mocht verder leven.

In de Bijbel vinden we het verhaal over Abraham die bereid is zijn zoon te offeren in Genesis 22. Maar het hoeft niet – God voorziet in een offer. Abraham ziet een ram en offert die in plaats van zijn zoon.

Het is een prachtig, spannend, wonderlijk, verschrikkelijk verhaal. Stel je voor – je zoon offeren…

Maar let op: in de rest van de Bijbel wordt het door God verboden om mensen te offeren. Als God iets niet wil, dan zijn dat mensenoffers. Eenmaal vroeg God het van Abraham – nee – vroeg God het ook niet van Abraham.

Het offeren van je eigen kind…. – toch gebeurde vaak vroeger in het Midden-Oosten. De sporen daarvan vind je in de Bijbel: het verbod om je zoon of dochter te offeren aan een afgod met de naam Moloch, en de veroordeling van mensen die dat toch doen. God wil geen mensenoffers.

Wat is het wonderlijk om dan in het Nieuwe Testament te lezen als het over Jezus’ dood gaat (Rom 8,31-32):

31 Wat moeten wij hier verder over zeggen? Als God voor ons is, wie kan dan
tegen ons zijn? 32 Zal hij, die zijn eigen Zoon niet heeft gespaard, maar hem
omwille van ons allen heeft prijsgegeven, ons met hem niet alles schenken?

Hier wordt iets wonderlijks gezegd: wat God van mensen nooit heeft gevraagd, dat heeft hij zelf wel gedaan: zijn eigen Zoon offeren.

En de Bijbel ziet daarin het bewijs dat God echt van ons houdt. Dat God voor ons is. Wat kan er dan nog mis gaan? Stel je voor, dat God aan jou kant staat en dat je daar zeker van kunt zijn! Dat kan volgens Paulus, een van de Bijbelschrijvers: het blijkt uit de dood van Jezus.

Eerder al schreef Paulus over de dood van Jezus en de liefde van God – beter, de liefde van Jezus die blijkt in Jezus’ dood aan het kruis. In Romeinen 5. Daar gaat het over dat merkwaardige: Jezus wilde sterven voor schuldige mensen, voor zondaren, voor vijanden van God zelfs. Dat doet niemand. Je leven geven voor een slecht mens?

Toen wij nog hulpeloos waren is Christus immers voor ons, die op dat moment nog
schuldig waren, gestorven. 7 Er is bijna niemand die voor een rechtvaardig mens wil
sterven; slechts een enkeling durft voor een goed mens zijn leven te geven. 8 Maar God
bewees ons zijn liefde doordat Christus voor ons gestorven is toen wij nog zondaars
waren. 9 Des te zekerder is het dus dat wij, nu we door zijn dood zijn vrijgesproken,
dankzij hem zullen worden gered en niet veroordeeld. 10 Werden we in de tijd dat we
nog Gods vijanden waren al met hem verzoend door de dood van zijn Zoon, des te
zekerder is het dat wij, nu we met hem zijn verzoend, worden gered door diens leven.11

Jezus gaf zijn leven voor zijn vijanden – en daarin blijkt Gods grote liefde.

Sterven voor je vijanden – denk aan wat de Bijbel vertelt over wat Jezus doet als hij met grote spijkers door zijn handen en zijn voeten vastgetimmerd wordt aan het kruis. Dan bidt Jezus (Lukas 23,34):

Jezus zei: ‘Vader, vergeef hun, want ze weten niet wat ze doen.’

Nooit wilde God mensenoffers.
Maar hij hield zoveel van ons, dat Jezus Christus voor ons – toen nog vijanden van God, misschien nu nog steeds wel – zijn leven gaf. Om ons te veranderen – niet meer vijanden van God, maar mensen die met God verzoend zijn. Verzoend met God: de relatie met God is weer heel en open. Geen conflict, geen barrières, geen angst, geen afstand, maar vrede met God. Blijdschap in God. Gemeenschap met God.

Hoe kan dat? Hoe kan zo iets verschrikkelijks als de kruisiging van Jezus tegelijk zo iets moois zijn, een uiting van liefde, met zo’n mooi resultaat?

De Bijbel legt dat op allerlei manieren uit, teveel om vanavond allemaal uit te leggen. Op één ding wil ik vanavond ingaan: Jezus’ dood als offer. Als de Bijbel zegt dat Jezus’ dood een offer is, wat wordt daarmee dan bedoeld? Wat doen zijn offerdood en zijn bloed?

De bijbel zegt dat Jezus door zijn bloed, door zijn offer ons reinigt, onze zonde wegdoet, vergeving brengt. Door zijn dood wordt onze zonde verzoend.1 Het probleem van onze zonde wordt aangepakt. En dat heeft allerlei positieve effecten.
De Bijbel zegt dat Jezus ons door zijn dood vrijkoopt. Een leven in zonde is een zinloos leven. Wie zondigt is zijn vrijheid kwijt. Jezus bevrijdt ons daarvan, Hij heeft met zijn dood de losprijs betaald.2
Zijn bloed brengt terug uit de dood.3 De dood is overwonnen, er is opstanding uit de dood. Maar het bloed maakt ook vrede, herstelt de verhouding met God en wijdt een nieuw verbond in.4 Dankzij Jezus’ dood weer een verzoende relatie met God.

_________________________________
1 Bloed tot vergeving van zonden (Matt 26,28)
Bloed reinigt en brengt vergeving (Hebr 9,22)
Door zijn bloed vergeving (Ef 1,7)
Bloed / offer neemt zonde weg – Hebr 10,4.11
Bloed heiligt en reinigt (Hebr 9,13)
Bloed reinigt van alle zonde (1 Joh 1,7)
Lam neemt zonde van de wereld weg (Joh 1,29)
Offer doet zonde weg (Hebr 9,26)
Verzoening van zonde (1 Joh 2,2; 4,10)
Offeren voor de zonde, onze zonden op zich nemen Hebr 9,28; 1 Petr 2,24;

2 Door zijn bloed vergeving en verlossing (Ef 1,7) = vergeving en bevrijding
Bloed > mensen (vrij)kopen (Hand 20,28)
Door het bloed een eeuwige vrijkoop / verlossing (Hebr 9,12)
Kostbaar bloed van een onberispelijk en vlekkeloos lam koopt vrij van een zinloos leven (1 Petr 1,18-19
Door het bloed uit onze zonden verlost (Op 1,5)
Door het bloed gekocht (Op 5,9)

3 Bloed brengt terug uit de dood (Hebr 13,20)

4 Door het bloed vrede maken en verzoening (Col 1,20)
Bloed wijd een verbond in (Hebr 9,18)
Avondmaalsteksten over het bloed van het (nieuwe) verbond: Matt 26,28; Marc 14,24; Luk 22,20.

_________________________________

Wat meer indirect zegt het Nieuwe Testament dat Jezus door zijn offer en zijn bloed ons verlost van Gods toorn en van de straf van Gods oordeel.5 Volgens de Bijbel worden we allemaal geconfronteerd met de dreiging van een komend oordeel, met Gods straf en met Gods toorn. Daarvan verlost Jezus ons.

En het offerbloed van Jezus verandert ons, zondige mensen. We worden rechtvaardig, mensen die als het ware al het vuil van zich afwassen en in het bloed witgewassen kleren dragen – wit van onschuld. We krijgen dus een nieuwe identiteit: onschuldige mensen die voor God mogen bestaan.6

Het offer van Jezus neemt verder elk besef van zonde weg en reinigt ons geweten van daden die tot de dood leiden. Zonde belast je geweten – die last raak je kwijt.7
In plaats daarvan worden we volmaakt gemaakt, mensen zonder zonde.8 We worden door Jezus’ offerdood geheiligd, dat wil zeggen, we worden aan God gewijde mensen.9
En het mooiste: daardoor mogen we dichtbij God komen, als kinderen die zo bij hun Vader binnenlopen. Vrijmoedig kunnen we in het hemelse heiligdom van God binnengaan.10 De hemel is open en komt op aarde, in gebed gaan we daar binnen.

Het is een prachtig, wonderlijk palet zo bij elkaar: dit is wat het offer van Jezus doet, voor wie in hem gelooft. Dat moet er nadrukkelijk bij gezegd worden.

Als je bij een dokter onder behandeling bent, je wordt geopereerd, en je krijgt na de operatie de uitslag, dan weet je ook wat er eigenlijk met je aan de hand is. Soms schrik je dan achteraf – was het zo erg? Gods ingreep door Jezus kun je daarmee vergelijken – en als we terugkijken, wat zegt dit dan over mensen als zondaren?
___________________________

5 De impasse dat we allemaal Gods straf verdienen (Rom 3,19) wordt doorbroken doordat God in zijn gerechtigheid ons Jezus Christus geeft als middel tot verzoening (Rom 3,25-26).
Nu we gerechtvaardigd zijn door het bloed van Jezus, worden we gered van de toorn (Rom 5,9)
Het is opvallend dat de Bijbel duidelijk stelt dat we door Jezus gered worden van de toorn en de straf van God. Tegelijk wordt dit nergens direct toegeschreven aan het bloed of het offer van Jezus.
6 Het offer van Jezus maakt ons rechtvaardig.
Zoenmiddel in zijn bloed – God toont zijn rechtvaardigheid (Rom 3,25)
Door zijn bloed gerechtvaardigd (Rom 5,9)
Bloed maakt kleren wit (Op 7,14)
Offer voor zonde maakt ons rechtvaardig (2 Kor 5,21)
7 Bloed heiligt ons geweten van daden die tot de dood leiden en heiligt ons voor de dienst aan de levende God
(Hebr 9,14)
Jezus’ offer neemt besef van zonde weg (Hebr 10,2)

8 Offers zouden moeten volmaken (Hebr 9,9; 10,1);

9 Bloed heiligt ons geweten van daden die tot de dood leiden en heiligt ons voor de dienst aan de levende God
(Hebr 9,14)
Bloed heiligt (Hebr 13,12)
Jezus’ offer heiligt Hebr 10,10

10 Door het bloed dichtbij God (Ef 2,13)
Door het bloed vrijmoedig naar Gods heiligdom gaan (Hebr 10,19)

___________________________

Als we nalopen wat het bloed en het offer van Jezus doen, dan zegt dat ook iets over ons. We hebben kennelijk reiniging en vergeving van zonde nodig. Zonde maakt vies en schuldig. Zonde is een reden tot schaamte – je terugtrekken en je verstoppen, omdat er dingen zijn die je niet wilt laten zien. Zonde moet bedekt worden. En je kunt jezelf er niet van bevrijden, ook niet door zoveel mogelijk goede daden te doen – je hebt een dokter nodig.
Door zonde verlies je je vrijheid. Wie eenmaal is gaan zondigen, wordt een slaaf van zonde. Wat je heel in het groot ziet bij een verslaving, aan alcohol, aan drugs, is dus eigenlijk bij ieder van ons het geval: we zijn niet meer vrij om echt lief te hebben en er gewoon te zijn – innerlijk vrij, open voor God en open voor anderen.
Verder leidt zonde tot de dood. Laten we dat niet vergeten: volgens de Bijbel hoort de dood niet bij het leven. Geen mens hoeft te sterven – alleen een zondaar. Dat we één ding zeker weten, allemaal gaan we een keer dood, zegt iets over ons: wij zelf zijn in zonde gevallen.
Zonde maakt je relatie tot God kapot. Sterker nog, met zonde roepen we Gods oordeel en Gods toorn over ons af. Zonde maakt je onrechtvaardig – iemand die de doodstraf verdient.
En dus besmet het je geweten. Je kunt niet meer vrij rondlopen met een goed geweten. Altijd is er onrust. Natuurlijk kun je dit wegdrukken, maar de diepe vrede die Christus geeft laat zien dat er toch iets mis was.
Je bent niet meer een aan God toegewijd mens, die van harte voor God leeft en van God houdt. Niet meer de vrije open verhouding van vader en kind. Er komt een stuk afstand, angst, slaafse onderwerping.

De Bijbel zegt dat alleen het offer van Jezus je daaruit kan bevrijden. Met andere offers schiet je niks op. Ze geven je geen goed geweten. Ze maken je geen ander mens. Ze confronteren je met jezelf maar bieden geen oplossing.

Waarom het offer van Jezus wel – waarom is dat zo uniek en krachtig?

Heel kort is het antwoord van het christelijk geloof: omdat God toch van ons houdt en ons nieuw maakt. Omdat God ons puin opruimt en weggooit, en omdat Hij ons herschept. Alleen de Schepper kan het kwaad wegdoen en wat kapot is herstellen. De glans terugbrengen. Dat is een goddelijk wonder!

Maar er is vanuit de Bijbel wel iets meer over te zeggen.

Laten we beginnen bij een gebed van Jezus: het gebed voor zijn leerlingen, dat hij uitsprak vlak voor zijn dood. We vinden dit gebed in Johannes 17, vlak voor Jezus’ arrestatie. Daarin bidt Jezus: voor mijn leerlingen wijd ik mij aan u, heilig ik mijzelf, zodat zij geheiligd zullen zijn, aan u gewijd. Ik heb het in verschillende vertalingen op de beamer staan. Zoals je de Koran in het Arabisch moet lezen, begint Bijbellezen in het Grieks. Er staat twee keer een vorm van het woord hagiazoo, heiligen, aan God wijden. Als Jezus sterft, zegt hij, wijdt hij zich helemaal aan God. Zijn dood is volmaakte toewijding aan God. En daardoor veranderen wij in mensen die aan God toegewijd zijn – geheiligde mensen. Zijn heiliging, zijn toewijding, heiligt ons, maakt ons aan God gewijde mensen.

Nu gaat het in Johannes 17 niet expliciet over een offer. Maar je vindt vergelijkbare gedachten in Hebreeën 9 en 10. Hebreeën is een bijzonder Bijbelboek als het gaat om het offer van Jezus: nergens wordt zo consequent dat ene gebeuren van Jezus’ offer uitgewerkt om de unieke betekenis van Jezus’ dood te laten zien. Jezus Christus overtreft alle andere offers: Hij is de volmaakte hogepriester, de Zoon van God, die met het offer van zijn eigen bloed binnengegaan is in het ware heiligdom in de hemel.

Laten we wat meer inzoomen, en dan begin ik bij Hebreeën 9,14. Daar wordt het offer van Jezus tegenover dierenoffers geplaatst:

hoeveel te meer zal dan niet het bloed van Christus, die dankzij de eeuwige Geest zichzelf heeft kunnen opdragen als offer zonder smet, ons geweten reinigen van daden die tot de dood leiden, en het heiligen voor de dienst aan de levende God?
Dankzij de Heilige Geest van God draagt Jezus zich als een volmaakt offer aan God op. En daardoor worden wij aan God gewijd: geheiligd voor de dienst aan God, met een goed en vrij geweten.
En Hebreeën 10, wat stukjes daaruit:
Dan zegt hij: ‘Hier ben ik, ik ben gekomen om uw wil te doen,’ waarmee hij het eerste opheft om het tweede van kracht te doen zijn. 10 Op grond van die wil zijn wij voor eens en altijd geheiligd, door het offer van het lichaam van Jezus Christus. … 14 Door deze ene offergave heeft hij hen die zich door hem laten heiligen voorgoed tot volmaaktheid gebracht

Net als in Johannes 17 zie je hier dat Jezus’ volmaakte toewijding, Jezus’ volmaakte gehoorzaamheid ons verandert– als we ons door hem laten heiligen – dat hij ons maakt tot mensen die er voor hem zijn, en dat hij uit laat uitgroeien tot mensen die volmaakt aan God toegewijd zijn.

Als je vraagt wat kenmerkend is voor het offer van Jezus, kom je dus uit op zijn toewijding, zijn volmaakte overgave aan God.

Niet dat hij zelfmoord pleegt. Jezus is geen zelfmoord-terrorist. Hij brengt juist met zijn dood in praktijk wat hij zelf altijd heeft gezegd: heb je vijanden lief. Kijk in onze wereld, en je weet hoe vicieuze cirkels van kwaad werken: misdaden roepen om wraak – en wraakacties roepen nieuwe wraakacties op. Kwaad met kwaad vergelden levert niks op. Hoe vaak worden slachtoffers zelf niet daders? Ook straffen brengt ons geen betere wereld. Het damt het kwaad in, maar het brengt geen verbetering. Stop iemand in de gevangenis, de kans dat hij ervan leert is en een beter mens wordt, is niet groot. En de doodstraf heeft van niemand een beter mens gemaakt, daar krijg je de kans niet eens voor. Jezus Christus leert ons een andere weg: kwaad overwin je niet met kwaad. Dan overwint het kwaad jou. Nee, de weg naar het leven is een andere (Rom 12,21):

21 Laat u niet overwinnen door het kwade, maar overwin het kwade door het goede.

Dat brengt Jezus nu in praktijk.

De Bijbel vertelt dat hij vijanden heeft – juist de religieuze leiders moeten niks van hem hebben. Ze willen van hem af. Hij is een bedreiging. Alle middelen zijn geoorloofd om dat voor elkaar te krijgen. Zo belandt Jezus aan het kruis.

Hij werd veracht, door mensen gemeden, hij was een man die het lijden kende …
Hij werd mishandeld, maar verzette zich niet en deed zijn mond niet open.
Als een schaap dat naar de slacht wordt geleid,als een ooi die stil is bij haar scheerders
deed hij zijn mond niet open. Door een onrechtvaardig vonnis werd hij weggenomen.

Woorden uit de Bijbel, uit Jesaja 53.
Jezus vervulde die woorden. Zelfs als de mensen om hen heen hem verwerpen, hem weg willen hebben, blijft hij van hen houden. Hij bidt om vergeving voor zijn moordenaars. Hij blijft trouw aan zijn missie, de reden waarom hij door zijn Vader volgens de Bijbel gezonden was: om vrede te brengen en mensen met God te verzoenen. Niet door kwaad met kwaad te vergelden, maar door met Gods goedheid ons kwaad te beantwoorden.

Practice what you preach – Jezus deed het. En zo was hij tot het einde toe gehoorzaam. Zo doorbreekt hij de vicieuze cirkel van kwaad en onrecht.

Maar de Bijbel zegt meer. Daarin, in die dood van Jezus, gebeurt iets unieks. In Jezus Christus wordt God één van ons. Een mens. Een mens onder de wet. Iemand die veroordeelt wordt als godslasteraar. Als politiek gevaar. Tijdens zijn leven op aarde maakt Jezus zich één met ons. Hij neemt ons leven op zich.

4 Maar hij was het die onze ziekten droeg, die ons lijden op zich nam.

Weer Jesaja 53.
Hij draagt ons bestaan – ons vastlopende, zinloze, sterfelijke bestaan.
Hij draagt zelfs onze schuld om ons daarvan te bevrijden:

Hij offerde zijn leven voor hun schuld,
om zijn nageslacht te zien en lang te leven.
En door zijn toedoen slaagde wat de HEER wilde.
11 Na het lijden dat hij moest doorstaan,
zag hij het licht  en werd met kennis verzadigd.
Mijn rechtvaardige dienaar verschaft velen recht,
hij neemt hun wandaden op zich.
12 Daarom ken ik hem een plaats toe onder velen
en zal hij met machtigen delen in de buit,
omdat hij zijn leven prijsgaf aan de dood
en zich tot de zondaars liet rekenen.
Hij droeg echter de schuld van velen
en nam het voor zondaars op.

De toewijding van Jezus omvat dus ook iets heel pijnlijks: Jezus maakt zich helemaal een met ons gevallen, zinloze bestaan, dat onder Gods vloek ligt. Dieper dan wij dat zouden kunnen gaat hij die helse, doodse diepte in. Hij draagt onze dood, onze doodstraf, de veroordeling en bestraffing van onze zonde, de vernietiging van ons zondige bestaan. Hij wel – zodat wij dat nooit mee hoeven te maken. Zodat wij met Hem kunnen sterven om met Hem op te staan als nieuwe mensen: onschuldige geliefde kinderen van God. Volgens de Bijbel is dat Gods diagnose van ons bestaan: de enige manier om uit het moeras van onze gevallen wereld bevrijd te worden, is de weg van Jezus: de weg van Christus die voor ons sterft, zodat wij met hem sterven en opstaan. De weg van herschepping. Minder radicale oplossingen leveren niks op.

Zo ver gaat de toewijding van Jezus aan God, dat Hij heel de Bijbel waar wil maken. Dat hij elk aspect van zijn zending uit wilde voeren. Gehoorzaam en toegewijd aan God tot het einde. Gehoorzaam de vervulling ook van Gods toorn over onze zonde: ons kwaad wordt veroordeeld omdat het er niet mag zijn en om ons uit de greep van dat kwaad te bevrijden. Wonderlijke toewijding vol liefde voor God, vol liefde voor zijn naaste, vol liefde voor vijanden.

Een offer is dus iets prachtig moois: een daad van overgave en toewijding aan God – helemaal jezelf voor God en aan God geven. En desnoods jezelf helemaal geven voor een ander – tot in de dood toe. Jezus stierf onze dood, stierf voor ons.

Voor een christen is dit offer de reden voor een offerfeest, dat christenen vieren als het heilig avondmaal. Of als ‘eucharistie’. Het avondmaal is een gestileerde feestmaaltijd waarbij we God danken voor het offer van zijn Zoon. We vieren de reddende betekenis van Jezus’ dood. We eten brood en wijn. In brood en wijn ontvangen we vergeving, maar ook nieuw leven. Jezus geeft zichzelf aan ons om in ons te wonen en onze levens nieuw te maken. Het gaat erom dat Jezus Christus zelf in ons zichtbaar wordt.

Daardoor blijft het niet bij een offerfeest bij avondmaalsvieringen. Het goede nieuws van Jezus Christus, waarin christenen geloven gaat verder: je mag dankzij Jezus leven in Gods nabijheid, zelf een offer aan God.
In Romeinen 12 wordt het zo verwoord:

1 Broeders en zusters, met een beroep op Gods barmhartigheid vraag ik u om uzelf als een levend, heilig en God welgevallig offer in zijn dienst te stellen, want dat is de ware eredienst voor u. 2 U moet uzelf niet aanpassen aan deze wereld, maar veranderen door uw gezindheid te vernieuwen, om zo te ontdekken wat God van u wil en wat goed, volmaakt en hem welgevallig is

Op meer plaatsen in het Nieuwe Testament vind je die geweldig hoopvolle gedachte: wij worden zelf, in verbondenheid met Jezus, delend in wie Hij is, een dankoffer aan God. Dankbare mensen, vol van God hun Vader, vol van Gods Geest, toegewijd aan God. Mensen die zich aan God geven en met een leven waarin God plezier heeft.

Ik denk dat christenen die gewend zijn aan het christelijk geloof niet altijd de impact hiervan beseffen. En leven onder het niveau van het goede nieuws van Jezus. Het einddoel is volmaakte toewijding aan God. De Bijbel zegt ook dat het einde de weg naar die volmaakte toewijding, naar complete gehoorzaamheid, na de dood ligt, of nadat Jezus opnieuw gekomen is. Er is een geestelijke strijd te voeren. Maar in Jezus is er een bron van kracht en nieuw leven – groter en krachtiger dan veel christenen helaas beseffen en laten zien.

Jezus Christus heeft ons aan God gewijd. Dat gaat over heel het leven. In een echt christelijk leven wordt heel het leven een offerfeest.

1 antwoord

Trackbacks & Pingbacks

Reacties zijn gesloten.