Het voorjaar is een seizoen waar ik erg van houd. De bomen waar ik op uitkijk kleuren weer groen, de wereld lijkt een frisse verflaag te krijgen. Dit jaar doe ik opnieuw een poging om ook wat van dat groen in mijn vensterbank en op mijn balkon te laten ontkiemen – zoals veel Nederlanders, geïnspireerd door de moestuintrend.

 

Voor de niet-zo-doorgewinterde tuinier is dat een oefening in geduld. Voordat het groen enig formaat heeft, of zelfs maar boven de aarde uitkomt, is er ondergronds heel wat gebeurd; het zaad moet ontkiemen, het plantje moet wortelen, en heeft tijd nodig.

Misschien komt het hierdoor, dat de volgende uitspraak van Jezus al weken in mijn gedachten klinkt: “..als een graankorrel niet in de aarde valt en sterft, blijft het één graankorrel, maar wanneer hij sterft draagt hij veel vrucht.” (Johannes 12:24)

 

Het wonderlijke proces waarin uit die ene korrel een volledig nieuwe graanhalm voortkomt, bestaat uit heel wat stappen. Om te beginnen, moet de keus worden gemaakt de korrel te zaaien. Het is immers ook wat waard om graan achter de hand te hebben, in de schuur. En moet het vandaag wel gebeuren – morgen kan misschien ook? Als het steenharde zaadje eenmaal gezaaid is, zwelt het langzaam maar zeker op. Door vocht op te nemen wordt het zwak en zacht. De korrel is stuk, en ‘sterft,’ de huls breekt open. Dan pas is er ruimte voor een minuscuul kiemstengeltje om zich een weg naar boven te werken, en voor een worteltje de diepte in. Alles wat gebeurde voordat de kiem tot aan het grondoppervlak is gegroeid, was aan het zicht onttrokken. Met voldoende water en licht groeit het kiempje uit tot een volwassen plant of graanhalm. Als al het nieuwe zaad ook weer geplant zou worden, neemt het aantal graankorrels over de jaren exponentieel toe; inderdaad ‘veel vrucht’! Wat een schitterend proces. Die ene korrel is er niet meer, maar kwam wel compleet tot zijn bestemming.

 

Er zitten rijke waarheden in dit eenvoudige beeld. Tot wat zou dat beetje extra tijd kunnen uitgroeien als we het zaaien en investeren in wat we echt belangrijk vinden? Wat zou er opbloeien in die relatie als we dat stukje gekrenkte trots onder de grond stoppen, waar het zacht kan worden en openbreken? Welke gestorven droom zou, met water en voeding, in een andere gedaante boven de grond kunnen komen? Wat zou er kunnen opbloeien als we buiten de comfortzone van onze eigen cultuur durven stappen, en de angst die daarbij komt kijken, kunnen loslaten en zaaien?

 

In zijn directe vervolgwoorden maakt Jezus de toepassing nog omvattender. “Wie zijn leven liefheeft verliest het, maar wie in deze wereld zijn leven haat, behoudt het voor het eeuwige leven” (12:25). Heftige woorden. Je complete leven zaaien, als zaad dat moet sterven. Maar ook een enorme belofte, en de aanmoediging van Jezus die ons hierin letterlijk voorging: “Wie mij dient moet mij volgen: waar ik ben zal ook mijn dienaar zijn, en wie mij dient zal door de Vader geëerd worden” (12:26).

 

Het frisse groen van dit seizoen kan ons doen denken aan wat er in onze levens ontspruit en bloeit, maar ook op welke gebieden er misschien eerst iets moet sterven, voordat God nieuw leven kan geven. Leven dat geen eigen verdienste is, maar ontstaat in een wonderlijk proces, ontworpen door de Heer van de oogst.

Dat zaaien, vooral als het om jezelf gaat, is dikwijls een pijnlijke procedure van achterlaten en loslaten. Maar hoe mooi is dan de oogst die later zal volgen? Zoiets zegt een psalm uit de Bijbel ook:

 

Zij die in tranen zaaien, zullen oogsten met gejuich” (Psalm 126:5). Toen paus Franciscus onlangs een bezoek aan Lesbos bracht, en kinderen sprak die uit Syrië vluchtten, zei hij: “het was een dag om te huilen.” Tranen vielen er ook dit voorjaar op zoveel plekken waar terroristisch geweld plaatsvond. Dichterbij huis, vielen ze tijdens een ontmoetingsochtend, waar herinneringen werden gedeeld aan pijn, verdriet, loslaten. Ik houd mij vast aan deze belofte van de psalmist: vreugdevol oogsten!

 

Ik droom van levens waar volop nieuwe bloei in komt, bloementuinen van Gods Koninkrijk die van Rotterdam een groene stad maken – voorproefjes van de tijd waarin de aarde weer een paradijs zal zijn, en de lente voorgoed. Zaait u mee, in geloof en hoop, in vertrouwen op de kiemkracht van de Geest, in al die korrels die wij loslaten?